Kamp wil meer mkb-financiering door banken

Kamp wil meer mkb-financiering door banken

Nederlandse banken schieten tekort bij de financiering van het midden- en kleinbedrijf. Dat zegt minister Kamp van Economische Zaken in een interview met Het Financieele Dagblad (FD).

Terwijl de slaagkans voor het aantrekken van vreemd vermogen weer een stijgende lijn laat zien, blijft de verstrekking van bankleningen juist achter, aldus de bewindsman in de krant.

Helft

De helft van de externe financiering van het mkb wordt door de banken verzorgd, zo blijkt uit de Panteia Financieringsmonitor die Kamp donderdag in de Tweede Kamer bespreekt. Voor de crisis in 2008 was het mkb voor vreemd vermogen nog bijna geheel op banken aangewezen.

''Dat is geen goede ontwikkeling. Ik zou graag willen dat ze zich inspannen om het verloren terrein te heroveren'', zei Kamp.

Minder vanzelfsprekend

In de afgelopen jaren is het belang van de bank als voornaamste kredietverschaffer afgenomen. Banken wijzen inmiddels vaker aanvragen af dan voor het uitbreken van de kredietcrisis, "waardoor de bank een steeds minder vanzelfsprekende bron van succesvol aangetrokken externe financiering is geworden".

"Tegelijkertijd neemt het belang van andere bronnen toe. Bedrijven zien vaker alternatieven voor bankfinanciering zoals financiering via familie of vrienden, crowdfunding en het aantrekken van subsidies."

Van alle bedrijven, zowel kleine als grote, die met succes vreemd vermogen konden aantrekken, kreeg 65 procent krediet bij een bank. Verder leende 9 procent geld bij familie en vrienden en kreeg 14 procent krediet via een leverancier.

Rabobank

Directeur Bedrijven Eric Saris van de Rabobank zegt dat banken een belangrijke rol spelen bij financiering en dat dit ook zo blijft.

"Ondernemend Nederland financieren is en blijft onze kernactiviteit. De Rabobank heeft circa 130 miljard euro uitstaan bij Nederlandse bedrijven, van klein tot groot, inclusief mkb", reageert Saris. "Iedere dag, ook vandaag weer, verlenen we circa 40 miljoen euro krediet aan ondernemers met gezonde plannen."

Het overgrote deel van de kredieten die de bank aan ondernemers verstrekt, gaat naar kleine bedrijven die minder dan 250.000 euro nodig hebben.

"Voor ieder goed plan zoekt de Rabobank met de ondernemer naar passende financiering. Dat zal in de toekomst meer dan voorheen een stapelfinanciering zijn; financiering waarin bancair krediet wordt aangevuld met alternatieve financieringsbronnen." De bank probeert in dat soort gevallen samen te werken met andere financieringspartijen.

Minder

In de tweede helft van 2015 zochten iets minder bedrijven naar financiering. In het afgelopen halfjaar ging het om 16 procent van de bedrijven. In de zes maanden daarvoor om 17 procent. Van de bedrijven die geen krediet zochten, had 82 procent naar eigen zeggen geen externe financiering nodig. Begin 2014 gold dit nog voor 72 procent.

De behoefte aan externe financiering is van 2008 tot en met 2015 trendmatig verminderd. Tijdens de recessies van 2009, 2012 en 2013 verminderde de behoefte iets sterker. Mkb-bedrijven reageren daarbij meer op economische schommelingen dan microbedrijven.

Volledig bedrag

Bedrijven die financiering probeerden te vinden, slaagden er beter in om dat bedrag volledig te krijgen. Begin 2014 kreeg 54 procent volledig toegang tot financiering. Eind 2015 lag dat percentage al op 79 procent.

Geld vinden voor bedrijfshandelingen van dag tot dag, werkkapitaal, is de voornaamste reden om financiering te zoeken. Dit gold in de tweede helft van vorig jaar voor 44 procent van de bedrijven.

Daarnaast wordt het geld vaak ingezet voor investeringen in bedrijfsmiddelen (18 procent), huisvesting (16 procent) en overnames (11 procent).

In vergelijking met de vorige meting over de eerste helft van 2015 wordt er vaker financiering gezocht voor werkkapitaal, overnames, herfinanciering en investeringen in bedrijfsmiddelen. Bedrijven kloppen minder vaak aan voor investeringen in bijvoorbeeld personeelsbeleid en marketing.

Panteia doet doorlopend onderzoek naar de financieringsbehoefte van veertienhonderd bedrijven.